Home > Author > Chris De Stoop
1 " De natuur is altijd een externe realiteit geweest die ons overweldigt, die ons ontzag inboezemt als iets wat ongenaakbaar en onvervangbaar is. Dat ontzag voelen we veel minder voor natuur die we zelf kunnen maken en namaken. De natuur moet juist groter zijn dan wijzelf, ons overstijgen, ons wijzen op onze onbeduidendheid. Daarom trekt ze ons aan, fascineert ze ons, krijgt ze betekenis voor ons. "
― Chris De Stoop , Dit is mijn hof
2 " Het lange kijken naar het gewemel brengt me bijna in trance. Wie kent niet die momenten dat het leven even lijkt stil te staan, ... het zijn geen verloren momenten, het zijn kostbare momenten voor jezelf, ook al duren ze maar enkele hartslagen, het is het pure gevoel te bestaan. "
― Chris De Stoop , Het boek Daniel
3 " Hij had dromen gekoesterd, maar die waren onbereikbaar gebleken. "
4 " De natuur houdt van het verborgene. Echtheid gedijt onder het oppervlak. Wat wezenlijk is, heeft het niet nodig om altijd opgemerkt te worden. "
5 " Dat deze plek van ons is en blijft. Een plek met niets, met alles. "
6 " toch, er knaagt iets aan me. Op een goeie kilometer afstand staat er wel een dozijn borden, die melden waarom we dit gebied zo waardevol moeten vinden. Ze tonen waar je moet kijken en leggen uit wat je ziet. Ze geven me het gevoel dat ik een passant ben, een toeschouwer, en het landschap een decor, zoals in een Disneyfilm. De natuur is niet meer iets wat er gewoon is, wat buiten ons staat, aan zichzelf overgeleverd. Ze is nu toevertrouwd aan een conservator. "
7 " Maar wat is de betekenis van een natuurgebied dat geen wortels heeft in het landschap en dat slechts tijdelijk is? "
8 " Bijna alle oude,waardevolle boerderijen, die het geheugen van de polder vormden, zijn verdwenen. 'En ook dit hof zullen ze gewoon laten vervallen, dan lost het probleem vanzelf op.'Het is alsof er nu al iets wezenlijks verloren is wat deze plek maakte tot wat ze was. Het is alsof er een strofe uit het gedicht werd geschrapt. En ook de dichter zelf. "
9 " Die ouderdom van alles, die heeft me altijd bekoord. Ik heb nooit in nieuwbouw kunnen wonen. Ik kon alleen leven in huizen waarin al was gestorven. "
10 " Het dorp hoorde, zag en zweeg. "
11 " Hij vond het goed om in het duister te zitten. "